-------------------------------------------------------------------------------- Sterk nr. 48 Sterke verhalen van mensen met een handicap - december 2023 -------------------------------------------------------------------------------- DE VELE VOORDELEN VAN SAMENWERKEN Steeds vaker gaan er stemmen op om samen te werken met partners uit de eigen sector of daarbuiten, om zorg en ondersteuning op maat te bieden. Die samenwerking biedt kansen om nog meer tegemoet te komen aan de noden en wensen van mensen die zorg nodig hebben, die altijd centraal zouden moeten staan. Pioniers wijzen op de vele voordelen van samenwerking. Mensen met een handicap kunnen omringd worden met meer expertise en hun kwaliteit van leven kan beter zijn. Er is ook winst voor zorgaanbieders zelf, want personeel, middelen en infrastructuur worden efficiënter ingezet en knowhow gedeeld. Maar er zijn ook hindernissen. Zo is er niet alleen een gedeelde visie nodig om samen te werken, maar ook heel wat creativiteit, flexibiliteit en sociaal ondernemerschap. En elke sector werkt anders – met eigen financiering, procedures en regels – waardoor het soms niet evident is om het echt samen te doen. Zorgaanbieders Zonnelied, Oostrem en psychiatrisch centrum Asster bewijzen in dit nummer dat het toch kan. Ook al is daar durf voor nodig. En een omslag in denken en doen. Samenwerken staat ook centraal bij CuSeHa, een project rond cultuursensitieve zorg dat als doel heeft om Brusselaars met een migratieachtergrond en een (vermoeden van) handicap beter te bereiken. Waarom dat nodig is en hoe dat in zijn werk gaat, lees je in dit nummer. We nemen je ook mee in de wereld van de onlinehulp, die door corona een enorme boost kreeg. Vind jij de weg nog in de vele apps, websites en chatlijnen? We geven je met plezier een paar praktische tips. Liesbeth Van Houdt Hoofdredacteur Sterk -------------------------------------------------------------------------------- ONLINEHULP HOE VIND JE DE WEG IN EEN WILDGROEI AAN APPS EN WEBSITES? Onlinehulp voor mensen met een handicap Corona gaf een boost aan de ontwikkeling van onlinehulp in Vlaanderen. Onlinehulp heeft veel voordelen. Het is laagdrempelig. Je hoeft je niet te verplaatsen. Het gaat snel en je legt online soms makkelijker contact. Maar hoe vind je in het grote aanbod goede apps en websites en hoe weet je of ze betrouwbaar zijn? Sterk ging op verkenning. De website www.onlinehulp-apps.be wil een wegwijzer zijn naar apps en websites die te maken hebben met welzijn en geestelijke gezondheid. De site werd ontwikkeld met steun van de Vlaamse overheid. “Er is een wildgroei aan apps, maar die zijn niet allemaal even geschikt”, zegt Sam Brulez van SAM, steunpunt Mens en Samenleving, één van de partnerorganisaties. “Het is voor veel mensen moeilijk om het kaf van het koren te scheiden.” “Onlinehulp-apps geeft een overzicht van apps die we vooraf screenen. We richten ons zowel op gebruikers als op professionals. Er staan nu 156 apps en websites in het overzicht. Bij elke app krijg je uitleg. De meeste apps zijn Vlaams, maar we tonen ook Nederlandse en Engelstalige apps die de moeite waard zijn.” HELDER, TOEGANKELIJK EN BETROUWBAAR De website Onlinehulp-apps is gebruiksvriendelijk. Wie zich registreert – wat niet verplicht is – kan een eigen pagina met favoriete apps samenstellen. Je kan filters gebruiken om snel de apps te vinden die jou interesseren. Het aanbod is divers. Er zijn chatlijnen, zoals de chat Awel voor kinderen en jongeren. Er zijn apps die je helpen om zelfstandig te wonen, zoals Heyday voor jonge mensen. Andere apps versterken je netwerk, zoals KOPLR, een online spel voor mensen met een handicap. Er zijn ook apps die je digitaal ondersteunen, zoals WAI-NOT. En er zijn websites vol nuttige informatie, zoals Ik ben geen kind meer, met tips voor tieners met het syndroom van Down. “Alle apps zijn gescreend op helderheid, toegankelijkheid en betrouwbaarheid”, zegt Sam. “De screening gebeurt door experten van de partners-hogescholen Thomas More, Howest, en Arteveldehogeschool. Er komen voortdurend apps bij. We gaan zelf op zoek naar apps vanuit de noden van professionals, maar we worden ook vaak gecontacteerd door studenten, gebruikers en makers. Als een app niet meteen aan onze kwaliteitscriteria voldoet, geven we feedback aan de makers. Zo krijgen ze de kans om de app te verbeteren”, zegt Sam Brulez. Van begin 2021 tot vandaag telt de website Onlinehulp-apps al meer dan 60.000 unieke bezoekers. Quote: “Alle apps zijn gescreend op helderheid, toegankelijkheid en betrouwbaarheid.” De website Participate-autisme.be Een van de websites op Onlinehulp-apps, is Participate-autisme.be. Martine Thys van de Vlaamse Vereniging Autisme coördineert de site, die in 2023 helemaal vernieuwd werd. “Oorspronkelijk was Participate-autisme een platform voor ouders van een kind met autisme”, vertelt Martine. “Wij wilden alle info voor hen bundelen op één plaats. De informatie is praktisch en wetenschappelijk onderbouwd. Gaandeweg zijn de doelgroepen uitgebreid. We richten ons nu ook op adolescenten en volwassenen met autisme. En naast de ouders spreken we ook professionele begeleiders aan.” Participate-autisme heeft drie pijlers: informatie over autisme, online tools voor personen met autisme, praktische adviezen en online tools voor ouders en begeleiders. “Elk luik is op maat van de doelgroep”, zegt Martine. “We vertrekken vanuit concrete vragen en verpakken de informatie in heldere teksten, filmpjes en getuigenissen.” Antwoorden, tips en ervaringen van anderen Rebecca Coppens, mama van zoon Dylan met autisme, is fan van Participate-autisme. “Ik vind er veel informatie. Als vrijwilliger van de Vlaamse Vereniging Autisme verwijs ik mensen geregeld door naar specifieke tools op de website. Neem nu De Atlas, een tool waarmee volwassenen aan de hand van vragenlijsten en thema’s ontdekken wat autisme voor hen betekent. Ze vinden er ook persoonlijke verhalen van lotgenoten. De Atlas is bovendien een handige tool om jouw autisme met anderen te bespreken.” “Dylan is ondertussen 23 jaar. Met elke nieuwe levensfase worden zowel hij als wij met nieuwe vragen geconfronteerd. Op Participate-autisme vind ik antwoorden, tips en ervaringen van andere mensen. Dat helpt enorm.” Autisme-consulent An Vinckens van het Begeleidingscentrum voor Personen met Autisme klinkt al even opgetogen. “Ik ben voortdurend op zoek naar tools om cliënten te ondersteunen”, zegt ze. “De Checklist Praktische Vaardigheden Wonen bijvoorbeeld helpt bij het maken van een traject met doelen en acties op maat. Ook de Praktische Gids is een handig instrument, zeker ook voor mobiele begeleiders. Je kan zoveel tijd besparen dankzij de tips en tools voor de ondersteuning van cliënten. Waarom zou je het warm water uitvinden als je zoveel waardevolle informatie vindt?” Autismevriendelijke website Quote: “Ik heb zelf een grafische achtergrond en als persoon met autisme weet ik wat werkt.” Een troef is dat de website erg autismevriendelijk is. Daar zit onder meer Frederik Jourquin voor iets tussen. “Toen de app Dynamo getest werd, heb ik me gemeld”, vertelt hij. “Dynamo is een tool om je energiepeil in het oog te houden. Ik was zelf erg vermoeid in die periode en Dynamo hield me een spiegel voor: wanneer was ik vermoeid, wat vergde veel energie van mij en wat gaf me energie? Ik testte de app en gaf feedback. Later schreef ik een handleiding voor de app.” Toen de website Participate-autisme werd vernieuwd, werd Frederik er opnieuw bijgehaald. “Ik heb zelf een grafische achtergrond en als persoon met autisme weet ik wat werkt. In een eerste aanzet voor de nieuwe website waren de illustraties bijvoorbeeld qua stijl nogal hip en trendy. Daar had ik geen goed gevoel bij. Ik wil dat een website vertrouwen uitstraalt. Dat bereik je gemakkelijker met een tijdloos design. Ik kon ook feedback geven op een testillustratie. Het ontwerpbureau hield hier rekening mee en koos ook een duidelijk lettertype en een subtiel kleurenpalet. Ook de navigatie zit slim in elkaar. Ik kan de website alleen maar aanraden.” Ontdek www.onlinehulp-apps.be en www.participate-autisme.be. KEN JE AUTISME CHAT? Autisme Chat is er voor kinderen, jongeren en volwassenen met (een vermoeden van) autisme en hun omgeving. Ze kunnen er gratis en anoniem terecht met vragen over autisme. De chat wordt bemand door professionele medewerkers van de Liga Autisme Vlaanderen. Autisme Chat wordt gesubsidieerd door het VAPH. Het is een van de initiatieven waarmee het VAPH de onlinehulp in Vlaanderen ondersteunt. -------------------------------------------------------------------------------- WAI-NOT VOOR MENSEN MET EEN VERSTANDELIJKE HANDICAP Terwijl zijn zus en broer zich amuseerden met games en chatten, zat een jongen met het syndroom van Down gefrustreerd toe te kijken. Hij wou ook graag het plezier van het internet ontdekken, maar hij verdwaalde er meteen. Waarom kan ik dat niet – WAI-NOT? – schreef hij in grote letters. Het was de start van WAI-NOT, een kleine vzw die vandaag deel uitmaakt van KlasCement/Kenniscentrum Digisprong. Dat kenniscentrum van het departement Onderwijs en Vorming helpt scholen bij het maken van de digitale omwenteling. “De website WAI-NOT richt zich tot kinderen en jongeren met een verstandelijke handicap die het lastig hebben op internet”, zegt verantwoordelijke Tony Pijls. “Maar ook anderstaligen en kleuters maken er dankbaar gebruik van.” “Op internet actief zijn, maakt deel uit van de sociale digitale inclusie. Maar het moet wel veilig kunnen. WAI-NOT biedt die veiligheid onder meer door geen enkele externe link op de website te plaatsen. Zo kunnen gebruikers niet verdwalen.” Quote: “Op internet actief zijn, maakt deel uit van de sociale digitale inclusie. Maar het moet wel veilig kunnen. WAI-NOT biedt die veiligheid.” De website is op maat van gebruikers met een verstandelijke handicap. De navigatie is eenvoudig, het design heeft duidelijke contrasten, de pictogrammen zijn duidelijk, de taal is helder en de voorleesfunctie geeft bij alles duiding. “Gebruikers vinden er nieuwsberichten,informatie, oefeningen, moppen, luister- boeken, filmpjes en spelletjes”, zegt Tony Pijls. “Ze kunnen ook berichten sturen. En er is zelfs een sociaal netwerk ‘Mijn WAI-NOT’. Een leerkracht kan bijvoorbeeld een eigen ruimte aanmaken voor zijn klas. De leerlingen kunnen er foto’s en berichten posten. Woorden worden automatisch omgezet in pictogrammen en omgekeerd. Alleen geregistreerde gebruikers kunnen op het sociaal netwerk. Er zijn er vandaag al tweeduizend.” “Registeren is gratis en je krijgt er een aantal extra interactieve tools bovenop. Als een geregistreerd lid toch een ongewenst bericht krijgt in het sociaal netwerk, kan hij een duim omlaag geven. Dan krijgen we daar bericht van en kijken we of er meer aan de hand is. Doorgaans is dat niet het geval. Maar stel dat er sprake is van pesten, dan nemen we meteen contact op met de school. Ook de chatfunctie wordt altijd gemodereerd.” De website vind je op www.wai-not.be. Meer info vind je op www.wai-not.org. -------------------------------------------------------------------------------- COLUMN Quote: “Met de extra middelen kunnen de MFC’s meer personeel aanwerven, meer een-op-eenbegeleiding bieden, en meer verblijf in de weekends mogelijk maken.” 20 MILJOEN EURO EXTRA VOOR DE SECTOR MINDERJARIGEN Onze samenleving is complexer dan vroeger. Dat vertaalt zich ook in de uitdagingen voor zorgaanbieders. Zij zien meer kinderen en jongeren met complexe problematieken, en met gedrags- en emotionele stoornissen, die heel specifieke en intensieve hulp of aangepaste infrastructuur vragen. Zorgaanbieders botsen daarbij soms op hun grenzen. Omdat er bijvoorbeeld steeds meer vraag is naar fulltime verblijf, terwijl zij vaak nog voorzien zijn op een verblijf van vijf dagen op zeven. Of omdat kinderen vaker uitvallen op school, waardoor ze ook moeten instaan voor ondersteuning overdag. En omdat er steeds meer nood is aan een-op-eenbegeleiding, terwijl zij meestal vooral groepswerking organiseren. Omwille van die signalen werd een taskforce jeugdhulp samengebracht om oplossingen uit te werken. Daarin zetelt het VAPH samen met Opgroeien, de geestelijke gezondheidszorg en stakeholders uit de sector. Want alleen als we samenwerken en expertise en middelen bundelen, kunnen we kinderen met complexe problematieken de ondersteuning geven die ze nodig hebben. De taskforce ontwikkelde een crisis- en investeringsplan, dat in maart werd goedgekeurd door de Vlaamse Regering, en waarmee 100 miljoen euro extra in de jeugdhulp werd geïnvesteerd. Daarvan gaat ongeveer een vijfde naar VAPH-ondersteuning voor minderjarigen. Op die manier kunnen we multifunctionele centra (MFC’s) versterken die vaak werken met kinderen en jongeren met complexe problematieken. Met de extra middelen kunnen die MFC’s onder andere meer personeel aanwerven, meer een-op-eenbegeleiding bieden, en meer verblijf in de weekends mogelijk maken. En voor kinderen waarvoor expertise nodig is op het gebied van zowel handicap- als geestelijke gezondheidszorg of op het vlak van opvoedings- en gezinsproblemen, wordt een nieuw aanbod uitgewerkt met verschillende overheden, zowel Vlaams als federaal. Het kan dan gaan om een verblijf in een MFC, maar evengoed in de geestelijke gezondheidszorg. Waarbij extra middelen, expertise en/of personeel uit de verschillende sectoren worden samengebracht om specifieke ondersteuning op maat te bieden. Op korte termijn wordt crisisbegeleiding en -verblijf uitgebreid, op basis van de noden in de regio’s. Ook mobiele crisisbegeleiding – thuis, maar ook in een pleeggezin, een voorziening of in de crisisopvang – is mogelijk. Daarnaast wordt de capaciteit van het aantal crisisbedden opgetrokken en komt er extra ondersteuning voor jongvolwassenen. Op dit moment worden de middelen met verschillende projectoproepen over de minderjarigensector verdeeld, opdat er snel verbetering merkbaar zal zijn. Helaas stellen deze problemen zich niet alleen in de sector voor minderjarigen, maar botsen ook voorzieningen voor meerderjarigen op hun limieten door een gelijkaardige wijziging in de doelgroep. Om ook die crisis het hoofd te kunnen bieden, wordt nog eens bijna 21 miljoen geïnvesteerd. Hoe die middelen concreet zullen worden ingezet, lees je in een volgende editie van Sterk. James Van Casteren Administrateur-generaal VAPH -------------------------------------------------------------------------------- CuSeHa Quote: "Een diagnose op maat verlaagt de drempel naar hulpverlening voor mensen met een migratieachtergrond" CULTUURSENSITIEVE ZORG BIJ MENSEN MET EEN HANDICAP Zeven op tien inwoners van Brussel heeft een migratieachtergrond. Door taal- en cultuurbarrières vinden zij soms moeilijk hun weg in het gezondheidslandschap. Voor wie een migratieachtergrond én een (vermoeden van) verstandelijke handicap of autisme heeft, is het niet evident om een juiste diagnose te krijgen. Waardoor ook aangepaste ondersteuning soms uitblijft. Met de steun van het VAPH probeert het CuSeHa-project dit te veranderen. CuSeHa staat voor cultuursensitieve zorg bij mensen met een handicap. Het is een project van Dienst Ondersteuningsplan(DOP) Vlaams-Brabant en Brussel. Psychologe Michelle Vereecke van DOP Vlaams-Brabant stond mee aan de wieg van het project. WAT KAN EEN DIENST ONDERSTEUNINGSPLAN VOOR JOU DOEN? De diensten ondersteuningsplan bestaan tien jaar. Een DOP helpt je om je ondersteuningsnood in kaart te brengen en ondersteuning op maat te zoeken. De DOP houdt rekening met jouw vragen en wensen, mogelijkheden en bezorgdheden. De begeleiding van een DOP bestaat uit gesprekken met jou en de mensen die jij hierbij wilt betrekken. Die gesprekken zijn gratis. Je vindt een DOP in elke provincie. Een DOP ondersteunt mensen met een (vermoeden van) handicap. Cruciaal daarbij is de diagnose. Want een diagnose verheldert de noden en opent deuren in ons zorgsysteem. “Mensen met een migratieachtergrond kunnen moeilijk terecht in reguliere diagnostische centra. Naast de taalbarrière zijn er culturele barrières”, zegt Michelle Vereecke. “Ons gezondheidssysteem is voor bepaalde groepen een doolhof. Daarnaast rust er vaak een taboe op hulpverlening en het hebben van een handicap, of is zoiets als autisme ongekend.” “De beperkingen bij mensen met autisme of een lichte verstandelijke handicap zijn niet altijd even zichtbaar, waardoor ze vaker in de kou blijven staan. Voor hen maakt CuSeHa het verschil. Een formele diagnose kan iemand recht geven op meer ondersteuning vanuit het VAPH. Mensen komen op verschillende manieren bij CuSeHa terecht: via een DOP, een dienst geestelijke gezondheidszorg of een aanbieder van rechtstreeks toegankelijke hulp RTH), zoals Hubbie(zie verder, n.v.d.r.).” MEER TESTEN Dient zich een nieuwe cliënt aan, dan vindt het eerste kennismakingsgesprek plaats met een tolk. “We leggen transparant uit wat we doen”, vertelt Michelle. “We bieden geen ondersteuning, maar zorgen wel voor een diagnose. Het is belangrijk om dat helder te maken, zodat er vertrouwen groeit. Bij het gesprek gebruiken we visuele hulpmiddelen, om duidelijk te maken wat een diagnose precies is, hoe de diagnosestelling verloopt en wat de bedoeling is. Een traject kan enkele maanden in beslag nemen. Er is een veilige omgeving nodig om te durven praten. Daarom ook gaan afspraken zoveel mogelijk bij mensen thuis door. Dat geeft ons ook een beter beeld van hoe iemand leeft. Gaandeweg verdiepen de gesprekken zich. We spreken over de klachten die cliënten ervaren en hoe die hun dagelijks leven beïnvloeden. We betrekken ook familie om info te vergaren over het functioneren van de cliënt in periodes die hij zich zelf niet goed herinnert. De gesprekken geven ons een idee welke testen vervolgens een meerwaarde zijn.” “Omdat mensen met een migratieachtergrond vaak andere leerervaringen opdeden, moet de onderzoeksprocedure hierop worden afgestemd. CuSeHa gebruikt dezelfde materialen als reguliere diensten, maar gaat er creatief mee aan de slag”, zegt Michelle. “Als iemand nooit eerder een puzzel maakte, kan je niet verwachten dat hij die even snel legt als iemand die daarmee vertrouwd is. Hoe iemand iets doet, zegt ons vaak meer dan het resultaat.” Quote: “Mensen met autisme of een licht verstandelijke handicap blijven vaker in de kou staan. Voor hen maakt CuSeHa het verschil.” Sinds kort helpt CuSeHa ook volwassenen met een niet-aangeboren hersenletsel. “Het doel is hetzelfde: door een correcte diagnose toegang geven tot de juiste ondersteuning. De diagnose op zich maakt vaak al een verschil. De cliënt en zijn familie leren erover praten, herkennen dingen en begrijpen beter de impact op de cliënt en de familie. Ook voor professionele begeleiders, bijvoorbeeld in RTH-diensten, leidt een diagnose tot een beter begrip van wat er aan de hand is.” CuSeHa ontwikkelde ook richtlijnen om andere diagnostische centra te ondersteunen in cultuursensitieve diagnostiek. Toch blijven er drempels voor het werken met mensen met een migratieachtergrond. “Het vergt meer tijd en inspanningen. En ja, er is nog een handelingsverlegenheid bij hulpverleners, een gevoel van onzekerheid. Het vertrekpunt blijft nochtans gewoon het verhaal van de cliënt”, zegt Michelle Vereecke. Onlangs zijn de werkingsmiddelen van CuSeHa verlengd tot eind 2024. “Daar zijn we blij om, want we maken echt het verschil voor deze kwetsbare groep. We hopen onze expertise structureel te kunnen verankeren.” IEDEREEN VAART ER WEL BIJ Quote: “Aan het verleden kan je niets veranderen, maar aan je toekomst wel. Daarom is de juiste diagnose zo belangrijk.” Robby Merckx is thuisbegeleider bij zorgaanbieder Hubbie. Toen hij een intakegesprek had met een man van Marokkaanse afkomst met een vermoeden van een autismespectrumstoornis, deed hij een beroep op CuSeHa. “Hubbie zit in de stuurgroep van CuSeHa”, vertelt Robby Merckx. “Samen met de cliënt had ik een kennismakingsgesprek met een medewerker van CuSeHa. Het vertrouwen was er snel. En twee maanden later was er een heldere diagnose met een uitgebreid cliëntenverslag, inclusief suggesties voor verdere hulpverlening. Voor die man was dat een dubbel gevoel. Enerzijds was er opluchting, anderzijds plaatste de diagnose zijn verleden in een nieuw perspectief. Gemaakte fouten kregen plots een andere betekenis. Aan het verleden kan je niets veranderen, maar aan je toekomst wel. Daarom is een juiste diagnose zo belangrijk.” “IQ-testen en andere diagnosetesten zijn doorgaans cultuurgebonden, omdat ze inspelen op dagelijkse situaties. Maar als die situaties voor jou anders zijn, dan verliezen die testen een stuk van hun waarde. Daardoor werden mensen met een migratieachtergrond in het verleden dikwijls onderschat. Dat er nu een diagnose op maat bestaat, verlaagt de drempel naar de hulpverlening.” -------------------------------------------------------------------------------- HET MOMENT BART VAN DER VEKEN OVER ZIJN FAVORIET MOMENT VAN DE WEEK Quote: "Ik heb hier fijne collega's" Quote: “Ik ben graag onder de mensen.” “Het begon met een artikel in een magazine: het Africamuseum in Brussel zocht vrijwilligers. Mijn jobcoach nam contact op met het museum. Sindsdien werk ik hier elke vrijdag en soms ook op zaterdag. Ondertussen doe ik dat al vijf jaar. En ik doe het nog altijd even graag. Eerst hielp ik bij het digitaliseren van documenten voor het archief. Daarnaast help ik nu ook bij het onthaal. Ik leg de headsets klaar voor bezoekers die een audiogids willen en kijk geregeld de lockers na. Ik wijs mensen ook de weg naar het toilet als ze daar om vragen. En ik vraag bezoekers met een grote handtas of een rugzak om die in een locker op te bergen. Ik ben graag onder de mensen. Hier voel ik me prima in mijn vel. Ik heb niet één favoriete plek in het museum, maar heel veel favoriete plekken. Het belangrijkste: ik heb hier fijne collega’s en het contact met andere vrijwilligers is prettig.” Bart Van der Veken Het project ‘Gek op mijn plek’ streeft naar meer inclusie in de toeristische sector. Het is een initiatief van Kando (het vroegere KVG) in samenwerking met Pasform vzw en met steun van Toerisme Vlaanderen. -------------------------------------------------------------------------------- KORT GENIET VAN VOORDELEN MET DE EUROPEAN DISABILITY CARD Vanaf januari 2024 krijg je automatisch een European Disability Card (EDC) als je handicap wordt erkend. Bestaande kaarten worden na de vervaldatum van vijf jaar automatisch verlengd. Deze kaart kan gebruikt worden voor cultuur-, sport- en vrijetijdsactiviteiten. Ga je naar de film, een pretpark, een sportwedstrijd of een museum? Dan kan je met deze kaart rekenen op allerlei voordelen zoals kortingen, vlottere toegang, assistentie, gespecialiseerde gidsen ... Meer info lees je op www.eudisabilitycard.be -------------------------------------------------------------------------------- GEZOCHT: GEBRUIKERS VAN DE APP BE MY EYES Be My Eyes is een gratis app die blinden of slechtzienden helpt zien. De app koppelt blinde of slechtziende gebruikers aan ziende vrijwilligers. Zij bieden visuele assistentie door middel van een videogesprek via de smartphone. Mensen gebruiken Be My Eyes voor heel uiteenlopende alledaagse zaken zoals het terugvinden van gevallen of verloren voorwerpen, het lezen van labels, het boodschappen doen ... Sterk wil de app in een toekomstige editie uitgebreider aan bod laten komen. Maak jij soms gebruik van de app - als gebruiker of als vrijwilliger - en wil je daarover vertellen in ons magazine? Laat het ons weten. Wij nemen dan een kort interview met je af, dat je uiteraard mag nalezen voor publicatie. Er verschijnt niets zonder jouw toestemming. Jouw verhaal over Be My Eyes in Sterk? Mail naar woordvoerder@vaph.be. -------------------------------------------------------------------------------- LAAT JE GRATIS SCREENEN OP BORSTKANKER Borstkanker is de meest voorkomende kanker bij vrouwen. Daarom roept de Vlaamse overheid alle vrouwen van 50 tot 69 jaar op om zich gratis te laten screenen. Want hoe eerder borstkanker ontdekt wordt, hoe groter de kans op een succesvolle behandeling. Alle vrouwen tussen 50 en 69 jaar krijgen een uitnodigingsbrief, die geldt als voorschrift voor een mammografie. Je kan je ook laten screenen met een voorschrift van je arts. Omdat helaas nog niet alle mammografische eenheden rolstoeltoegankelijk zijn, bracht het Centrum voor Kankeropsporing in kaart welke eenheden goed toegankelijk zijn met een rolstoel. Voor meer info daarover kan je bellen naar het gratis nummer 0800 60 160. Meer weten over borstkankerscreenings? Surf naar www.borstkanker. bevolkingsonderzoek.be. -------------------------------------------------------------------------------- DOSSIER GEÏNTEGREERDE ZORG Wat als alle organisaties uit zorg en welzijn de krachten bundelden, met samen- werkingen stevig geworteld in de eigen buurt? Dan krijg je bijvoorbeeld het verhaal van woonzorgcentrum De Overbron en zorgaanbieder Zonnelied in Brussel. Of de samenwerking tussen geestelijke gezondheidszorg en de ondersteuning van mensen met een verstandelijke handicap in Asster. Of de vele innovatieve projecten die Oostrem met tal van partners opzet. “Dit is de zorg van de toekomst”, klinkt het bij elk van deze sociaal ondernemers. En gelijk hebben ze. Ontdek hoe deze en vele andere initiafnemers de platgetreden paden verlaten en dankzij samenwerking nieuwe mogelijkheden creëren. -------------------------------------------------------------------------------- DOSSIER GEÏNTEGREERDE ZORG Quote: “Wat wij samen met vele partners doen, is de zorg van de toekomst" RADICAAL NIEUWE GEINTEGREERDE ZORG Samenwerken zit zorgaanbieder Oostrem sinds zijn ontstaan in 1967 in het DNA. Ook vandaag is samenwerking over sectoren heen er een constante. Getuige het Molenhuis en het Zavelhuis. Of het project De Boomgaard in Kessel-Lo. “Wat wij doen is totaal nieuw”, zegt directeur van Oostrem Mario Vanhaeren. “Als gebruikers ons iets vragen, zeggen wij doorgaans ja”, opent Mario Vanhaeren. “Toen enkele cliënten ervan droomden zelfstandig te wonen, sloegen we de handen in elkaar met de gemeente Herent en de sociale huisvestingsmaatschappij voor het project het Molenhuis. Toevallig kregen we rond dezelfde tijd een vraag naar ondersteuning vanuit het Zavelhuis. Dat was een startend ouderinitiatief met 15 studio’s voor jongvolwassenen met een verstandelijke handicap en een autismespectrumstoornis. Het Zavelhuis huist in hetzelfde gebouw als het Molenhuis.” “Van de negen gebruikers die in het Molenhuis zouden wonen, hadden er eerst maar drie een persoonsvolgend budget. Maar solidariteit was altijd een kernprincipe in Oostrem, net zoals samenwerking. Alleen zo kunnen we mensen kwaliteit van leven geven. Voor het Molenhuis zetten we een samenwerking op met thuisverpleging, met netwerken van ouders en met Ferm Landelijke Thuiszorg. Samen onderzochten we wat we met de beschikbare middelen konden realiseren. Medewerkers van Ferm begonnen alvast de gebruikers voor te bereiden op het zelfstandig wonen. Ze leerden wassen en strijken, opruimen en boodschappen doen. Toen we effectief startten, hadden zes van de negen bewoners een persoonsvolgend budget. Zo konden we meteen 24/7 begeleiding voorzien.” Eén team, verschillende werkgevers “Niet alle bewoners van het Molenhuis kiezen voor dagbesteding van Oostrem. Zij kunnen zich beredderen, maar hebben wel nabijheid nodig. Dankzij de samenwerking met Ferm vonden we een oplossing: Ferm gebruikt de leefruimte van het Molenhuis voor de dagopvang van ouderen. Zo is er altijd iemand in de buurt. En de gebruikers die thuisblijven, eten ’s middags samen met de ouderen van Ferm. Zo vinden we altijd creatieve oplossingen.” Quote: “Met betrokken organisaties brengen we middelen en personeel samen, een innovatieve manier van werken.” Samenwerking met diverse organisaties vergt allicht veel flexibiliteit van mede- werkers? Mario Vanhaeren relativeert. “Samenwerking geeft medewerkers ook zuurstof. Een mooi voorbeeld is de dienst Begeleid Werken, waar we met zes organisaties samenwerken. Samen hebben we 21 jobcoaches in dienst, die 500 cliënten naar werk begeleiden. De jobcoaches werken als één team, al hebben ze verschillende werkgevers. Belangrijk is vooral om vanuit één visie te werken. Dat doen we ook in het Molenhuis en het Zavelhuis, waar we onder meer een inslapende begeleider delen.” Een gezonde dosis lef Voor de cliënten heeft de samenwerking alleen maar voordelen. “Zonder samenwerking waren het Molenhuis of het Zavelhuis niet mogelijk. Zo eenvoudig is het”, zegt Mario Vanhaeren. “Dan hadden we moeten wachten tot elke cliënt een persoonsvolgend budget had. Of we hadden cliënten zonder budget moeten uitsluiten. Dat willen we niet, dus werken we samen.” “Als sociaal ondernemer moet je risico’s durven nemen. Lang geleden gaf een aantal cliënten van het crea-atelier te kennen dat ze echt werk wilden. We hebben toen met acht organisaties een semi-industriële werkplaats opgericht voor personen die niet geacht worden betaald werk aan te kunnen. Dat was een grote investering, maar 7 jaar later draaiden we break-even.” “En cliënten blijven met vragen komen. Toen we onze werkplaats hadden, droomden sommigen van een job in een regulier bedrijf. Opnieuw hebben we ja gezegd. Zo ontstond de dienst Begeleid Werken, die vandaag Werkburo heet, het grootste arbeidszorgproject in Vlaanderen. Cruciaal is een raad van bestuur die openstaat voor nieuwe ideeën, die gelooft in ondernemerschap. Ondernemen is risico’s nemen. Ook financieel. Want ook al kunnen we soms een beroep doen op extra steun vanuit steden, de provincie of het VAPH, toch is er een gezonde dosis lef nodig.” Quote: “Enkele cliënten droomden van een job bij een regulier bedrijf. Zo ontstond Werkburo, het grootste arbeidszorgproject in Vlaanderen.” Zorg van de toekomst Gedurfd is zeker De Boomgaard in Kessel-Lo. “We droomden al lang van een intersectoraal woonproject voor diverse doelgroepen”, zegt Mario Vanhaeren. “Toen de stad Leuven grond ter beschikking stelde, hebben we meteen partners gezocht. Samen met De Wissel (jeugdzorg), De Wingerd (ouderenzorg) en Zorg Leuven (openbare zorgsector) dienden we een buurtversterkend project in.” “De Boomgaard geeft inwoners van Kessel-Lo de garantie dat ze levenslang in hun eigen buurt kunnen wonen, ook als ze zorgbehoevend worden. Dat is totaal nieuw. Traditioneel halen we mensen met een zorgnood uit hun vertrouwde omgeving en brengen ze samen in een nieuwe setting, waarrond we dan een buurt creëren. Dat is bijvoorbeeld het geval in het Molenhuis en het Zavelhuis.” “Met De Boomgaard werken we omgekeerd: de mensen blijven in hun buurt en we brengen alle zorg naar hen,inclusief aangepaste woningen. Met alle partners en met het Stadsmakersfonds Miss Miyagi, een ethische vastgoedbegeleider, richtten we een coöperatieve vennootschap met sociaal oogmerk op. Samen bouwen we de komende jaren woningen met kamers, studio’s en appartementen met de principes van universal design. We beslissen vooraf niet hoeveel woningen voorbehouden zijn voor ouderen, mensen met dementie, personen met een handicap, kwetsbare gezinnen of jongeren uit de jeugdzorg. We zullen inspelen op de noden die zich voordoen. Met de betrokken organisaties brengen we middelen én personeel samen. Dit is een innovatieve manier van werken, die hier en daar nog botst op regelgeving, maar de overheid volgt het project met belangstelling.” “Vanuit De Boomgaard willen we ook ondersteuning aan huis bieden en een buurtcentrum met veel activiteiten. Mijn collega Jan Vanwezer van De Wingerd riep zelfs een nieuw concept in het leven: de hospiscore. Die score geeft aan in hoeverre een buurt zorgbestendig is. Kunnen mensen er blijven wonen als ze meer zorg nodig hebben? Een buurt met een lage hospiscore wordt uitgedaagd om inspanningen te doen. Ook de wetenschappelijke wereld is enthousiast over de score: een raad met verschillende universiteiten zal het concept verder uitwerken.” “De Boomgaard is vraaggestuurde en geïntegreerde samenwerking ten top. Het is een radicaal nieuw en positief verhaal. Het is verbindend, solidair en niet betuttelend. Dit is de zorg van de toekomst.” -------------------------------------------------------------------------------- DOSSIER GEÏNTEGREERDE ZORG Quote: “Dankzij onze samenwerking kunnen wij meer mensen helpen. Met elke plek die vrijkomt, helpen we iemand anders.” Quote: “Onze samenwerking geeft mensen meer kwaliteit van leven." OUDERENZORG EN DE SECTOR HANDICAP VINDEN ELKAAR Samenwerking is de toekomst. Daarover zijn Katleen Evenepoel van Zonnelied, een door het VAPH vergunde zorgaanbieder, en Bert Anciaux van woonzorgcentrum De Overbron het roerend eens. Ze werken nauw samen en reiken ook de hand naar andere organisaties en sectoren. Twee jaar geleden woonde Katleen Evenepoel, directeur van Zonnelied, het zomerfestival bij van De Overbron. “Cultuur verbindt mensen”, zegt ze. “In Zonnelied organiseren we geregeld artistieke projecten. Met De Overbron voelde ik meteen een klik. Ik vond daar diezelfde drive om vanuit het hart, bevlogen en met respect te werken.” Bert Anciaux, directeur van De Overbron, knikt instemmend. “Bij ons draait niet alles rond zorg. Bewoners willen hun leven verderzetten en genieten van elke dag. We zijn actief in het buurtleven en in De Overbron werken niet alleen verpleegkundigen en zorgkundigen, maar ook maatschappelijk werkers, psychologen, orthopedagogen, een cultuurmedewerker ... Die diversiteit brengt leven in de brouwerij. We zijn niet zomaar een woonzorgcentrum, we zijn vooral een leefcentrum.” Expertise delen De meeste bewoners in De Overbron zijn uiteraard ouderen, maar er wonen ook mensen met een psychische kwetsbaarheid en – dankzij de samenwerking met Zonnelied – ook enkele personen met een handicap. “Rita is een zestiger met het syndroom van Down”, vertelt Katleen Evenepoel. “Ze woonde vroeger in een huis met 14 bewoners. Sinds ze dementie heeft, aardde ze er minder. We missen in Zonnelied ook de medische expertise, die bij De Overbron wel aanwezig is. Rita voelt zich nu thuis in De Overbron. Ze is er helemaal op haar gemak.” Op dit ogenblik wonen drie voormalige cliënten van Zonnelied in De Overbron. “We bereiden elke verhuis goed voor. Een maatschappelijk werker van Zonnelied komt om de twee weken kijken of alles goed gaat. We voelen ons nog altijd mee verantwoordelijk. Wij blijven onze expertise inzetten, maar daarbovenop komt nu ook de expertise van De Overbron. Dat komt de kwaliteit van leven van Rita en de andere bewoners ten goede. Uiteindelijk is dat wat telt.” “Voor de andere bewoners is de komst van Rita een geschenk”, bevestigt Bert Anciaux. “Ze is op elke kamer welkom. Oudere bewoners nemen haar mee naar activiteiten, ze helpen haar bij de maaltijd en Rita zelf helpt al eens iemand in een rolstoel te duwen. Alle bewoners vormen één betrokken groep, een grote familie.” De hokjes verlaten De meerwaarde van de samenwerking tussen Zonnelied en De Overbron is groot. Katleen doet het verhaal van een vrouw die palliatieve zorg kreeg. “Wij botsten in Zonnelied op onze grenzen als pedagogisch model. In dialoog met de familie kozen we ervoor om haar naar De Overbron te brengen. Goede zorg bete- kent soms ook kunnen loslaten. Dankzij de samenwerking met De Overbron kunnen wij trouwens meer mensen helpen. Met elke plek die in Zonnelied vrijkomt, helpen we iemand anders.” Hoe het voor de medewerkers van De Overbron is om mensen met een handicap te ondersteunen? “In het begin was er wat scepsis”, geeft Bert toe. “Maar die verdween snel. Wat daarbij zeker hielp, is de diversiteit aan profielen van onze medewerkers. Die trouwens een bewuste keuze was, niet ingegeven door het personeelstekort in de zorgsector. Ook qua afkomst is ons team heel divers, met dertien verschillende landen van herkomst. We overleggen veel met de bewoners en hun familie. Als je de mensen echt betrekt, is er veel mogelijk. Mijn droom is om op termijn ook jongeren uit de jeugdzorg te integreren in De Overbron, maar daar botsen we nog op de regelgeving.” Quote: “Als je de mensen echt betrekt, is er veel mogelijk.” “We moeten allemaal wat meer onze hokjes verlaten”, zegt Katleen. “Met wat creativiteit lukt dat vaak. Je moet de kansen grijpen die er zijn, bijvoorbeeld met projecten van de Koning Boudewijnstichting of initiatieven vanuit de cultuursector of justitie. Samenwerking met andere domeinen verbreedt onze blik.” Ook Bert Anciaux houdt ervan om grenzen op te zoeken en nieuwe wegen te banen. “Administratief is het niet altijd gemakkelijk, maar uiteindelijk vinden we altijd een oplossing”, zegt hij. “In de VAPH-sector hebben we sinds de persoonsvolgende financiering meer vrij- heid voor sociaal ondernemerschap”, zegt Katleen Evenepoel. “En we overleggen ook geregeld met Zorginspectie, VIPA (voor infrastructuurregels, n.v.d.r.), het VAPH en het kabinet. We worden beschouwd als een proeftuin. Dat schept mogelijkheden. Vanuit onze ervaringen mogen we zelfs beleidsaanbevelingen doen.” Quote: “In de VAPH-sector hebben we sinds de persoonsvolgende financiering meer vrijheid voor sociaal ondernemerschap.” Een geschikte plek voor werkstraf De Overbron en Zonnelied geloven rotsvast in samenwerking over sectoren heen. Zonnelied werkt bijvoorbeeld ook samen met de psychiatrische ziekenhuizen Sint-Kamillus in Bierbeek en Sint-Alexius in Grimbergen, voor de ondersteuning van mensen met een handicap én een psychische kwetsbaarheid. Zonnelied werkt ook samen met justitie. “Justitie vindt voor een aantal mensen met een werkstraf geen geschikte werkvloer”, legt Katleen uit. “Wij kunnen hen een begeleid traject aanbieden en ze mee op de goede weg zetten. Wij zien dat als een vorm van gemeenschapswerk met een meerwaarde voor iedereen.” Ook De Overbron werkt samen met justitie, zij het op kleinere schaal. “We hebben altijd wel iemand in dienst die een werkstraf uitvoert”, vertelt Bert. “In de keuken, de tuin of de schoonmaak. Daar hebben we alleen maar goede ervaringen mee. Daarnaast engageren wij ons voor Zorgzame Buurten. Veel mensen zitten eenzaam thuis. ‘Hoe langer mensen thuisblijven, hoe beter’, luidt het motto. Maar dat is niet altijd zo. In De Overbron bloeien veel mensen open nadat ze jaren thuis zaten te verkommeren. Mensen hebben mensen nodig. Een voorziening met kleine leefgroepen, waar iedereen elkaar kent, is voor velen de beste thuis.” Katleen kan dat alleen beamen. “We moeten stoppen met zorg als iets negatiefs te zien. Er gebeuren zoveel mooie dingen. We hebben nood aan een positieve beeldvorming.” -------------------------------------------------------------------------------- DOSSIER GEÏNTEGREERDE ZORG Quote: “Zorg is alleen kwaliteitsvol als diverse hulpverleners, de patiënt en de familie samenwerken." DUBBELDIAGNOSE VERSTANDELIJKE HANDICAP ÉN PSYCHISCHE KWETSBAARHEID Als mensen met een verstandelijke handicap ook een psychische kwetsbaarheid hebben, spreken we van een dubbeldiagnose. Sinds 2014 is er voor die doelgroep een aanbod op maat in enkele psychiatrische ziekenhuizen, met extra middelen van het VAPH. Vanuit die ziekenhuizen worden andere voorzieningen en sectoren betrokken. Samen bieden ze geïntegreerde zorg. “Voor patiënten met een verstandelijke handicap én een psychische kwetsbaar- heid is geïntegreerde zorg een noodzaak”, zegt Bert Plessers, directeur van psychiatrisch centrum Asster. “Alleen als diverse hulpverleners, de patiënt en zijn familie samenwerken, is kwaliteitsvolle zorg mogelijk. Die samenwerking heeft één doel: zoveel mogelijk kwaliteit van leven bieden.” In het systeem van getrapte zorg vormt Asster de laatste schakel. “Wij staan klaar als de andere hulpverlening en de reguliere zorgpartners op hun grenzen botsen. Een verblijf bij Asster is sowieso tijdelijk. Na het verblijf keert de patiënt terug naar zijn vertrouwde omgeving. Wij werken altijd samen met de familie en de reguliere zorgpartners rond de patiënt. We stemmen voortdurend af met alle betrokkenen.” Kwetsbare jongvolwassenen Asster telt 20 residentiële plaatsen voor mensen met een dubbeldiagnose. Het scala aan psychische aandoeningen is divers: het kan gaan om ontwikkelings- of aanpassingsstoornissen, angst en depressie, impulsproblematieken en verslavingszorg. 40% van de patiënten is tussen 26 en 45 jaar, maar er is ook een grote groep jongvolwassenen. “Jongvolwassenen van 18 tot 25 jaar vormen een kwetsbare groep”, zegt zorgmanager Steven Dewulf van Asster. “Zodra ze meerderjarig zijn, willen veel jongeren op eigen benen staan. Maar ze overschatten zichzelf vaak en zijn dikwijls te weinig voorbereid. Ze gaan alleen wonen, maar ze verliezen structuur, leven ongezond en komen in contact met mensen die het niet goed met hen voorhebben.” Samenwerking over sectoren heen Asster heeft intussen veel expertise op het vlak van dubbeldiagnose. Het ziekenhuis deelt die expertise met alle zorgpartners. “We werken nauw samen met VAPH-voorzieningen en partners in de geestelijke gezondheidszorg”, zegt Bert Plessers. “We werken outreachend, wat betekent dat we in andere voorzieningen collega-hulpverleners ter plekke ondersteunen met raad en daad. We verkiezen altijd om patiënten in hun vertrouwde omgeving te helpen. Alleen als het niet anders kan, komt de patiënt naar Asster. We werken ook mee in het mobiel crisisteam Reling en we ondersteunen de eerstelijnspsychologen. Over alle sectoren heen bundelen we de krachten.” Quote: “We delen expertise en ondersteunen collega-hulpverleners in andere voorzieningen ter plekke met raad en daad.” Die nauwe samenwerking is mogelijk dankzij een gedeelde visie. “Sinds enkele jaren werken we met het SEO-model, waarbije ‘SEO’ staat voor ‘sociaal-emotionele ontwikkeling’. Een wetenschappelijk model op maat van personen met een verstandelijke handicap. Omdat alle partners dit model gebruiken, spreken we dezelfde taal en kunnen we goed afstemmen”, zegt Steven Dewulf. “Het model helpt bijvoorbeeld om juister in te schalen wat mensen aankunnen. Want vaak worden mensen met een verstandelijke handicap en een psychische kwetsbaarheid overschat. Hulpverleners denken te snel ‘het zal wel lukken’. Met de beste intenties. Maar daardoor gaan we mensen met een verstandelijke handicap overvragen. Waardoor ze voortdurend op de tippen van hun tenen lopen, tot ze afhaken en agressief reageren of in een depressie verzeilen.” Botsen op grenzen Omdat de hulpverlening zoveel mogelijk in de vertrouwde omgeving gebeurt, zijn er in Asster bijna alleen nog opnames in crisissituaties. Eén op vijf is zelfs een gedwongen opname of collocatie. Dat is een gerechtelijke maatregel voor als iemand een gevaar vormt voor zichzelf of anderen. De druk op de medewerkers is dan ook groot. “We worden vaak met agressie geconfronteerd”, zegt Steven Dewulf. “Dat weegt zwaar. Ook wij botsen soms op onze grenzen.” Quote: “We proberen mensen met een dubbeldiagnose opnieuw perspectief te geven. Meestal lukt dat, maar niet altijd.” Asster probeert patiënten met een dubbeldiagnose opnieuw perspectief te geven. Meestal lukt dat, maar niet altijd. “Wij zijn geen woonvorm”, verduidelijkt Bert Plessers. “Mensen kunnen hier niet blijven. Na enkele weken of maanden keren patiënten terug naar de plek waar ze zelfstandig wonen, een voorziening of hun ouders. Maar voor een klein aantal patiënten vinden we geen oplossing. Het gaat om patiënten die extreem agressief of suïcidaal zijn. Waardoor geen voorziening hen wil opnemen, ook al hebben ze een persoonsvolgend budget. Voor 95% van onze patiënten slagen we erin geïntegreerde zorg waar te maken. Voor 5% botsen we helaas op grenzen.” -------------------------------------------------------------------------------- OP ZOEK NAAR INFO OVER TEGEMOETKOMINGEN VOOR HULPMIDDELEN EN AANPASSINGEN? Check de refertelijst. De refertelijst geeft informatie over de hulpmiddelen en aanpassingen waarvoor je van het VAPH een tegemoetkoming kunt krijgen. De lijst is ingedeeld volgens activiteitendomeinen: * activiteiten dagelijks leven * communicatie * mobiliteit * wonen * andere Je kunt ook filteren op basis van de beperking waarvoor de hulpmiddelen bedoeld zijn. In de refertelijst vind je onder andere: * het refertebedrag: het maximumbedrag van de tegemoetkoming * de refertetermijn: de verwachte gebruikstermijn van het hulpmiddel of de aanpassing * hulpmiddelenfiches met uitgebreide info -------------------------------------------------------------------------------- Quote: “Natuurlijk zijn we erg aan Tygo gehecht, maar we weten dat we hem zullen moeten afgeven." VAN PUPPY TOT BLINDENGELEIDEHOND “Mijn vrouw Annemie en ik hadden altijd een hond. Een leven zonder kunnen we ons niet voorstellen. Maar toen onze hond vorig jaar overleed, twijfelden we. Ik ben 68 jaar. Een hond wordt 14 tot 15 jaar. Was ik niet te oud om nog een puppy in huis te nemen? Toen zag ik op sociale media een bericht van het Belgisch Centrum voor Geleidehonden. Ze zochten pleeggezinnen om een puppy 15 tot 18 maanden op te leiden. Dat sprak ons direct aan. Vooraf werden we gescreend. We namen deel aan infosessies en kregen een huisbezoek. Op 22 augustus was het zover en kwam Tygo, een zwarte labrador, in ons gezin. Ook hij werd vooraf gescreend. Hij moet een perfect beendergestel en een rustig karakter hebben om een goede geleidehond te worden. Een tot twee keer per week trainen we Tygo op locatie: naar de winkel, in het station ... Zo geraakt hij gewend aan mensen. We leren Tygo ook zindelijk te zijn. Hij mag maar op één plek zijn boodschap doen, nergens anders. De eerste weken verliepen prima. Tygo slaapt 18 tot 20 uur per dag. Toch ben je er voortdurend mee bezig. Er gelden strikte regels. Hij mag geen contact hebben met andere honden als hij aangelijnd is. Hij mag niet geaaid worden en hij mag niet naar mensen toe lopen. Dat klinkt weinig sympathiek, maar het is noodzakelijk voor een blindengeleidehond. De truc is om hem voortdurend te belonen als hij iets goed doet. Omdat hij later alles zelf moet kunnen, voeden we hem zo zelfstandig mogelijk op. Gelukkig worden we ondersteund door instructeur Tarryn. Ook al onze kosten voor voeding, materiaal en de dierenarts worden vergoed. Het is intenser dan we verwacht hadden, maar het is superleuk. Natuurlijk zijn we ondertussen erg aan Tygo gehecht. We weten dat we hem ooit zullen moeten afgeven. Dat wordt een moeilijk moment, maar het is voor een goed doel. En ondertussen beleven wij ontzettend veel plezier aan Tygo.” Jos Vermaesen Ook in de volgende nummers van Sterk blijven we het wedervaren van Jos Vermaesen, zijn vrouw Annemie en puppy Tygo volgen. Wil jij ook pleeggezin worden? Meer info vind je op geleidehond.be