Op 1 januari 2021 verdwijnt het oude bijdragesysteem. Alle gebruikers die tot dat ogenblik nog een bijdrage betaalden, moeten op 1 januari 2021 overgaan naar het systeem van woon- en leefkosten.
Als de zorgaanbieder er niet in slaagt om voor iedere gebruiker de IDO voor 1 januari 2021 aan te passen en te laten ondertekenen, betekent dat niet dat de overstap naar woon- en leefkosten wordt uitgesteld.
Omdat het vanaf 1 januari 2021 niet meer mogelijk is om bijdragen aan te rekenen, is dat onderdeel van de overeenkomst dan niet langer geldig. De andere bepalingen in de overeenkomst, zoals de afspraken omtrent de geboden ondersteuning, opzegmodaliteiten en dergelijke, blijven echter van toepassing en de ondersteuning kan blijven verder lopen.
De gebruikers moeten echter steeds vooraf geïnformeerd worden over wat er als woon- en leefkosten zal aangerekend worden en hoeveel ze daarvoor zullen betalen. Het is dus niet mogelijk om woon- en leefkosten aan te rekenen zonder dat de gebruiker daarvan vooraf op de hoogte was. De zorgaanbieder moet al zijn gebruikers dus in 2020 duidelijk informeren over welke woon- en leefkosten hij zal aanrekenen vanaf 1 januari 2021 en hoeveel die bedragen.
Het VAPH dringt er bij de zorgaanbieders op aan om alle IDO’s zo snel als mogelijk aan te passen aan de gemaakte afspraken omtrent woon- en leefkosten. Indien dat nog niet gebeurde, moeten ten laatste op 31 maart 2021 alle gebruikers een ondertekende IDO of een bijlage bij de IDO hebben die overeenstemt met de afspraken over woon- en leefkosten die voor 1 januari 2021 werden gecommuniceerd. De afgesproken kosten die vermeld worden in de IDO zullen met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2021 van toepassing zijn.